Het paard heeft, net als de mens, zintuigen zoals het horen, ruiken, zien, gevoel en de smaak. Wanneer we een bit of een bitloos hoofdstel gebruiken is het belangrijk dat we ons bewust zijn van de gevoeligheid van die zintuigen.
Het bit.
In de mond zitten ontelbare zenuwuiteinden die nauw verbonden zijn met het limbisch systeem in de hersenen. Dit gedeelte van de hersenen is verantwoordelijk voor het leren en de emoties van het paard.
Er is geen enkel paard ‘hard’ in de mond. Pijnreceptoren kunnen niet uit gaan of verdwijnen. Ieder paard reageert anders op pijn. Net als mensen kunnen paarden introvert, de pijn ondergaan of extravert zijn, terug vechten. Tekenen van pijn kunnen zijn: het vast zitten aan één kant (als de ruiter rechtshandig is zit het paard meestal links vast), de mond openen, extreem slijmen of de teugels uit de handen trekken.
Bitloos.
Gezien de zenuwuiteinden in het hoofd moet de ruiter voorzichtig zijn met de drukpunten. Bij bitloos rijden is er sprake van druk op die zenuwen. Dunne scherpe halsters, zoals touwhalsters, werken heel scherp in op die drukpunten. Ook moet men opletten dat er achter de oren geen druk gezet wordt omdat hier ook gevoelige zenuwbanen lopen.
De neusriem moet nooit te strak worden aangesnoerd, dit geldt ook voor bitloze hoofdstellen.
Uiteindelijke conclusie is dat een harde of zachte mond afhangt van de hand van de ruiter.
0 reacties